Heilige Geest Gasthuis
Koningsplein, Diezerstraat, Gasthuisstraat
De gebouwen maakten in de middeleeuwen deel uit van het Heilige Geestgasthuis waarbij tevens een kapel en de nog bestaande langgerekte ziekenzaal (het gebouw aan de westzijde van de Gasthuissteeg) behoorde. De opkomst van het fenomeen ‘Gasthuis’ in de middeleeuwse stad markeert het begin van een stedelijke, georganiseerde vorm van zorg en opvang van hulpbehoevenden. De zorg en opvang aan reizigers, zwervers en zieken werd vanaf de 12de eeuw in plaats van door de kerk door het burgerlijk bestuur georganiseerd. In Zwolle werd in1302 het Heilige Geestgasthuis gesticht, waarschijnlijk op initiatief van het stadsbestuur om huisvesting en verzorging te bieden aan reizigers en zieke en behoeftige armen. Sinds het einde van de 14e eeuw konden ouderen - zogenaamde proveniers - zich inkopen in het gasthuis, waardoor zij op hun oude dag van zorg verzekerd waren. Intredende bewoners moesten vaak hun bezittingen, of een deel daarvan, aan het gasthuis overdragen. In de loop van de 15e eeuw werden de inkomsten en bezittingen van de proveniers gescheiden van die van de armen die in het Gasthuis verbleven. Vanaf 1422 zijn er aanwijzingen in de archieven dat de gasthuisaccommodatie uitgebreid werd met een huis voor de priesters en de proveniers. Uit de stukken valt niet te herleiden welk gedeelte toen gebouwd is. Twee verhuurde panden aan de Diezerstraat brandden op 5 januari 1851 geheel af. Aangenomen mag worden dat in de jaren daarna de wederopbouw plaatsvond in de vorm van het huidige pand Diezerstraat 42-44. Grote delen van het complex zijn echter nog aanwezig. Rond 1924 verhuisde het Gasthuis uit de binnenstad naar de huidige locatie aan de Nieuwe Vecht.